Mag een werkgever vakantiedagen van zieke werknemer afboeken bij collectieve bedrijfssluiting?
Kan een werkgever vakantiedagen afschrijven van een zieke werknemer bij een collectieve bedrijfssluiting? Onlangs diende de rechtbank Zeeland-West-Brabant antwoord te geven op deze vraag.
De werknemer in deze zaak raakte arbeidsongeschikt en ontving vanaf oktober 2023 een WIA-uitkering. Partijen sloten op 7 mei 2024 een vaststellingsovereenkomst om het dienstverband te beëindigen. In het kader van de eindafrekening was echter een geschil ontstaan: de werknemer vorderde uitbetaling van zijn verlofsaldo, terwijl de werkgever stelde dat een negatief verlofsaldo had. De werkgever had tijdens de ziekte van de werknemer vakantiedagen afgeschreven voor de jaarlijkse collectieve bedrijfssluitingen in de zomer en rond kerst. In de vaststellingsovereenkomst hadden partijen opgenomen dat zij het saldo aan verlof- en ATV-dagen aan de kantonrechter zouden voorleggen.
Juridisch kader
Uitgangspunt van artikel 7:638 BW is dat vakantie wordt vastgesteld volgens de wensen van de werknemer. Van deze hoofdregel kan worden afgeweken. Zo kan een werkgever schriftelijk afspreken dat bij collectieve bedrijfssluitingen (bijvoorbeeld in de zomer of tijdens kerst) werknemers in die periode verplicht vakantie moeten opnemen. Bij ziekte ligt dit echter anders. De hoofdregel is dan dat dagen waarop een werknemer ziek is gedurende zijn vakantie niet kunnen gelden als vakantie. Dit geldt ook tijdens een collectieve bedrijfsvakantie. Op deze hoofdregel zijn uitzonderingen:
- Er kan bij voorbaat (van tevoren) afgesproken worden dat de bovenwettelijke vakantiedagen bij ziekte worden aangemerkt als vakantiedagen.
-
In een voorkomend geval kan een werkgever alsnog met de werknemer schriftelijk afspreken dat verlofdagen worden afgeschreven tijdens ziekte. Dit betekent dat, zodra er concreet sprake is van een vakantie, de werkgever met een zieke werknemer afspraken kan maken over opname van vakantiedagen.
Het oordeel van de kantonrechter
De kantonrechter stelde onder andere vast dat de werkgever geen schriftelijk bewijs had overgelegd waaruit bleek dat de werknemer akkoord was gegaan met het inleveren van vakantiedagen tijdens ziekte. Daarnaast had de werkgever geen bewijs kunnen overleggen waarin expliciet schriftelijk was vastgelegd dat werknemers, ook bij ziekte, verplicht verlofdagen moesten opnemen tijdens de collectieve bedrijfssluitingen. Volgens de wet moet een dergelijke afspraak schriftelijk zijn vastgelegd. Het is aan de werkgever om dit te bewijzen als de werknemer dit betwist. Het enkel verwijzen naar een jarenlange praktijk waarbij werknemers vakantiedagen inleverden tijdens collectieve bedrijfssluitingen, is onvoldoende.
Verder oordeelde de rechter dat zelfs als er al een schriftelijke afspraak zou zijn gemaakt over het opnemen van vakantiedagen, de werkgever alsnog tijdens de ziekte van de werknemer opnieuw schriftelijke toestemming had moeten vragen. Artikel 7:638 lid 8 BW bepaalt dat een werkgever aan een zieke werknemer opnieuw expliciet toestemming moet vragen om de betreffende dagen als verlofdagen aan te merken in plaats van ziektedagen.
Conclusie
Kortom, de kantonrechter oordeelde in dit geval dat de werkgever geen vakantiedagen van de zieke werknemer mocht afschrijven tijdens de collectieve bedrijfssluiting. Dit komt doordat er geen schriftelijke afspraken waren gemaakt over het afschrijven van vakantiedagen bij een collectieve bedrijfssluiting, er geen schriftelijke afspraken waren gemaakt over het afschrijven van vakantiedagen tijdens ziekte en de zieke werknemer geen schriftelijke expliciete toestemming had gegeven voor het inhouden van vakantiedagen tijdens de collectieve bedrijfssluiting.
Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen, bijvoorbeeld over de geldigheid van uw verlofregeling of het afschrijven van vakantiedagen (tijdens ziekte)? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen. U kunt de uitspraak hier terugvinden.