Payrolling: wijziging ontslagregels

In het artikel “Payrolling: succes verzekerd” op deze website besprak ik twee uitspraken van kantonrechters waaruit volgde dat niet de payrollonderneming maar de inlener werd aangemerkt als de werkgever met alle gevolgen van dien voor het ontbindingsverzoek, ingediend door de payrollonderneming (in de ene zaak werden de ontbindingsverzoeken afgewezen, in de andere zaak werd de payrollonderneming niet-ontvankelijk verklaard).

Ik merkte destijds op dat deze uitspraken grote gevolgen zouden kunnen hebben voor de payrollconstructie. De payrollconstructie is inderdaad minder aantrekkelijk geworden en wel als gevolg van de aanpassing van de ontslagregels per 1 januari 2015. In het sociaal akkoord van 11 april 2013 zijn de sociale partners met elkaar overeengekomen dat de payrollwerknemers eenzelfde ontslagbescherming zouden krijgen als werknemers die rechtstreeks bij de inlener in dienst zijn.

Voor arbeidsovereenkomsten aangegaan op of na 1 januari 2015 met een payrollonderneming geld dat deze niet meer kunnen worden beëindigd enkel op de grond dat de inlener de opdracht bij de payrollonderneming opzegt. In het geval de inlener de payrollovereenkomst beëindigt en de payrollonderneming om die reden een ontslagvergunning aanvraagt, zullen de omstandigheden bij de inlener bepalend zijn voor de vraag of de vergunning kan worden verleend.

Dit betekent dat als een inlener een overeenkomst opzegt omdat hij meent dat de werknemer onvoldoende functioneert, dat dan de payrollonderneming alleen toestemming krijgt om de arbeidsovereenkomst op te mogen zeggen als aan de voorwaarden voor een ontslag wegens onvoldoende functioneren bij (en door) de inlener is voldaan. Ook bij een ontslag om bedrijfseconomische redenen, wordt de situatie bij de inlener bepalend. In de situatie dat de inlener de overeenkomst opzegt vanwege het feit dat er onvoldoende werk is, zal aannemelijk moeten worden gemaakt dat het vervallen van een arbeidsplaats bij de inlener noodzakelijk is voor een doelmatige bedrijfsvoering. Tevens dient dan de voor ontslag voorgedragen payrollwerknemer op basis van het afspiegelingsbeginsel voor ontslag in aanmerking te komen. Dit betekent dat de payrollwerknemer moet worden afgespiegeld met de werknemers in loondienst bij de inlener in dezelfde categorie uitwisselbare functies.