Managementvergoeding belastingvrij?
Regelmatig komt het voor dat een directeur-groot aandeelhouder van een NV of BV, via een management-BV, voor deze NV of BV werkzaam is op basis van een managementovereenkomst tussen de NV of BV en de management-BV. De NV of BV betaalt dan maandelijks een bepaalde managementfee aan de management-BV. Normaal gesproken levert deze managementfee inkomsten/omzet op voor de management-BV. Tegenover die inkomsten staat een kostenpost, bestaande uit het door de management-BV aan de directeur-groot aandeelhouder betaalde salaris. Zijn deze kosten, plus eventuele andere kosten binnen de management-BV lager dan de ontvangen managementfee (uiteraard exclusief BTW), dan zal de management-BV vennootschapsbelasting verschuldigd zijn over de saldo.
Recent deed zich een geval voor waarbij de management-BV probeerde de in het kader van de managementovereenkomst ontvangen inkomsten geheel buiten de belastingheffing te houden. Via een nogal ingewikkelde constructie ontving de management-BV in 2004 een bedrag van € 677.083 als vergoeding voor de beëindiging van een managementovereenkomst. In de aangifte Vpb over dat jaar gaf de management-BV aan dat een groot deel van deze beëindigingsvergoeding, namelijk een bedrag van € 387.973, zou vallen onder de zogenaamde deelnemingsvrijstelling en daardoor niet belastbaar zou zijn. De management-BV had inderdaad een deelnemingsbelang (5% of meer van de aandelen) in de vennootschap die de beëindigingvergoeding betaalde.
Het Hof te Den Haag was echter van oordeel dat het genoemde deel van beëindigingsvergoeding niet onder de deelnemingsvrijstelling viel. Volgens het Hof hield de vergoeding geen (rechtstreeks) verband met de positie van de management-BV als aandeelhouder van de betalende vennootschap. De vergoeding hield met name verband met de positie van de BV als manager van de betalende vennootschap en vloeide voort uit de managementrelatie, dus niet uit de aandeelhoudersverhouding. De Hoge Raad is het met dit oordeel van het Hof eens en laat de beslissing van het Hof in stand. Lees het arrest hier.
Het is dus al met al in praktijk lastig inkomsten van de management-BV, die verband houden met de managementovereenkomst of de afwikkeling daarvan, onder de deelnemingsvrijstelling te laten vallen. Wel blijk uit de hier besproken uitspraak dat de management-BV met de belastingdienst een afspraak had gemaakt dat van de betaalde managementfees jaarlijks gezien een gedeelte zou worden aangemerkt als een onder de deelnemingsvrijstelling vallend dividend. De rechter vond dat gegeven echter onvoldoende om aan te nemen dat ook een gedeelte van de beëindigingsvergoeding onder een dergelijke regeling zou vallen. Ook hierover zal dan vooraf overleg met de fiscus moeten plaatsvinden om niet voor onaangename verrassingen te komen. De belastingdienst had in dit geval een boete aan de management-BV opgelegd van 50% van de boetegrondslag en die is in stand gebleven, zo blijkt uit de uitspraak.